Nadat de corona-pandemie een paar maal voor uitstel had gezorgd, konden dit jaar de priesterdagen eindelijk weer doorgaan op 7 en 8 maart. Nadat jarenlang de bisdomretraite op Rolduc werd gehouden in de eerste week van de Veertigdagentijd, werd het tijd om eens een nieuw concept te proberen. Zo kon de seminariegemeenschap ook nu voor de tweede keer een aantal priesters van het bisdom Roermond verwelkomen voor dagen van ontmoeting, studie en bezinning.
De aankomst op zondagavond bood de gelegenheid om elkaar gezellig en informeel te ontmoeten. Een tiental priesters wisten de weg naar Rolduc te vinden, en zo begonnen de priesterdagen al in een uitzonderlijk goede sfeer. Maandag, als dag van studie en voortgezette vorming, stond in het teken van het volgen van enkele lessen. Filosofiedocent Hubert Timmermans nam de deelnemers mee in een filosofische beschouwing over wonderen. Dit sloeg zeer goed aan, en bleef ook in de tijd erna nog als gespreksstof hangen. Na de filosofie was het de beurt aan dogmaticus Eugène Dassen om iets te vertellen over synodaliteit. Ook hij wist de deelnemers zeer te boeien met een levendig verhaal.
De maandagmiddag is in dit concept een vrije middag, geschikt om elkaar te spreken, te wandelen of wat tijd voor zichzelf te nemen. Na het gezamenlijke avondmaal en de vespers vond er opnieuw een ontmoeting plaats in de recreatieruimte van het seminarie.
Dinsdag was er vervolgens een stille dag, waarbij Vader Lenglet van de Benedictusberg (Mamelis) enkele inleidingen verzorgde over het priesterschap. Deze gezamenlijke dag van stilte en bezinning paste goed bij het begin van de Veertigdagentijd.
Na een gezamenlijk diner ging ieder huiswaarts. Voor de seminariegemeenschap is het altijd een grote vreugde de priesters te mogen ontvangen. We zien dan ook uit naar een nog grotere opkomst in het volgend jaar.